Ongeveer veertienhonderd jaar geleden stond er in India een groot filosoof met de naam Patanjali in hoog aanzien. Hij heeft gedurende zijn hele leven yogakennis verzameld. Deze kennis in de vorm van sutra’s, kernachtige zinnen, samengesteld. In de yogasutra’s van Patanjali staat beschreven hoe de hele gedachtenwereld tot stand komt en hoe deze te beheersen. Hij heeft dit hele proces onderverdeeld in acht stappen.
yama – zelfbeheersing ten op zichte van je omgeving zoals geweldloosheid, waarheidszin, loslaten van aangeleerde patronen die belemmeren
niyama- morele beoefening van zelfbeheersing zoals netheid, ontzegging, studie, beteugeling der driften, opbouwen van nieuwe constructieve patronen
asana- houding
pranayama- adembeheersing door middel van prana, levensenergie, het tot staan brengen van in-en uitademing, het vasthouden van de adem
pratyahara- afhouden van zintuigen van hun objecten de aandacht richten op de nog maar vaag bekende binnenwereld
dharana- de geest eenpuntig op een plaats houden
dhyana- meditatie / basisvoorschriften 1 t/m 6
samadhi– eenheidsbeleving